Alcohollobby houdt eerlijkere etiketten decennia tegen.

Alcoholische dranken – vooral wijn, likeur en sterkedrank – zijn qua ingrediënten en voedingswaarden moeilijk te doorgronden voor consumenten. Sterker: ze staan nu helemaal niet op het etiket. Alleen het alcoholpercentage en allergenen staan verplicht op de verpakking. Als voedselwaakhond vinden we dat vreemd en hebben we onderzocht hoe dit kan.

Drankfabrikanten hoeven in Europa nog altijd geen ingrediënten en voedingswaarden te vermelden op de etiketten van hun producten. In tegenstelling tot vaste voedingsmiddelen. Hierop is al jarenlang via Europese wetgeving uitgebreide ingrediëntendeclaraties verplicht. De Europese Unie probeert al 40 jaar om ook alcoholproducten meer hetzelfde gelabeld te krijgen als vaste voedingsmiddelen. Door lobby en falende beloften van de industrie is dit telkens vertraagd en uitgesteld.    
 
De drankindustrie lobbyt al jaren intensief in Brussel. Ze zorgen er met succes voor dat consumenten niet eenvoudig op flessen en blikjes kunnen zien hoeveel calorieën een alcoholisch drankje bevat. Of hoeveel toegevoegde suiker er in een likeur zit. Of dat er ‘onaantrekkelijke’ E-nummers zoals siliciumdioxide (een synthetisch anti-klontermiddel dat wordt gewonnen uit zand) in een fles wijn zitten.

Bijeenkomsten alcoholindustrie en Europese politici

Foodwatch heeft via een informatieverzoek bij de Europese Commissie documenten opgevraagd bij het Directoraat-Generaal voor Landbouw en Plattelandsontwikkeling en DG Gezondheid en Voedselveiligheid. Uit de documenten die door deze Europese bestuurlijke eenheden zijn toegestuurd blijkt onder meer dat vertegenwoordigers van de drankindustrie er in 2018 bij het DG voor Landbouw en Plattelandsontwikkeling met klem hebben gevraagd of de Europese Commissie de plannen van de industrie voor zelfregulering wilde steunen.

Uit een rapport en toelichting door Europese wijnorganisaties aan de beide directoraten in 2018 blijkt dat de wijnproducenten voor uitzonderingen pleiten om maar niet de toegevoegde suikers op de ingrediëntendeclaratie te hoeven zetten.

In 2019 is toenmalig Eurocommissaris voor Gezondheid en Voedselveiligheid, Andriukaitis, door branchebehartiger SpiritsEurope twee dagen op een Franse distilleerderij uitgenodigd om aan te horen hoe lastig het voor de branche was om aanpassingen te moeten doorvoeren.  

Europese Commissie is lobby zat

Na een jarenlange discussie met een sterke lobby vanuit de alcoholindustrie heeft de Europese Commissie in het recente Europe’s Beating Cancer Plan aangegeven dat het in de EU anders moet wat betreft alcoholetikettering. De Europese Commissie wil dat alcoholproducenten ingrediënten en voedingswaarden uiterlijk 2023 verplicht op het etiket plaatsen.
 
Dit na een heel lang en moeizaam proces. De Europese Commissie heeft al in 1982 en in 1992 voorstellen ingediend om voedingswaarden en ingrediënten op het etiket van alcoholische dranken te krijgen, maar de Raad kon over geen van die voorstellen overeenstemming bereiken.

De Commissie heeft vervolgens in 1997 een nieuw voorstel ingediend, dat uiteindelijk pas na vijf jaar op de agenda van een werkgroep van de Europese Raad kwam. Tijdens die vergadering was de meerderheid van de lidstaten het erover eens dat de etikettering van de ingrediënten van alcoholhoudende dranken meer in overeenstemming zou moeten zijn met de inmiddels herziene algemene etiketteringsvoorschriften voor voedsel. Dat was dus in 2002, we zijn inmiddels haast 20 jaar verder.
 
Foodwatch is blij dat de Europese Commissie nu voor heldere etikettering en tegen de lobby door de industrie in een duidelijk voorstel op tafel legt. Een voorstel dat in lijn is met richtlijnen en adviezen waarop de Wereldgezondheidsraad al een tijd hamert. De WHO is net als foodwatch pleitbezorger van uitgebreidere informatie op alcoholische dranken.

Campaigner Frank Lindner: “Consumenten hebben het recht om te weten wat ze eten én drinken. Het is schandalig dat ze decennialang door lobby van de industrie zo lang van die informatie zijn onthouden. Voedingswaarden en ingrediënten moeten ook gewoon bij alcoholische dranken duidelijk op het etiket zijn te vinden.” 

Dit eist foodwatch

Foodwatch wil dat, net als bij voeding en non-alcoholische dranken, er op alcoholische dranken volledige en transparante etikettering moet komen met vermelding van onder meer ingrediënten, voedingswaarden en calorieën. Als het aan de voedselwaakhond ligt geldt dit ook voor additieven en technische hulpstoffen die tijdens de productie worden gebruikt en waarvan resten in het eindproduct zitten.
 
Frank Lindner: “Nu moeten we extra waakzaam zijn voor verwatering van het voorstel door de alcoholindustrie. Zij zullen er waarschijnlijk alles aan doen om het Europese Parlement en de regeringen die de uiteindelijke beslissen nemen te beïnvloeden. Het is goed dat er nu een duidelijk plan op tafel ligt. We hopen dat dit resulteert in heldere wetgeving die snel wordt ingevoerd. En waarop kan worden gehandhaafd.”

Etiketten op flessen drank vergroten het bewustzijn

Wanneer alcoholflessen worden voorzien van opvallende etiketten met informatie over de risico’s van alcoholgebruik of de drinkrichtlijnen, zijn mensen beter geïnformeerd over de schade van alcohol en verminderen ze mogelijk zelfs hun drankgebruik. Dat blijkt uit een reeks onderzoeken verschenen in de Journal of Studies on Alcohol and Drugs.

Volgens Erin Hobin, Ph.D., onderzoeker aan de Dalla Lana School of Public Health van de University of Toronto vormen de resultaten van de reeks onderzoeken die onder haar leiding werden uitgevoerd, het eerste real-world bewijs dat relatief grote, felgele alcoholetiketten met wisselende boodschappen door consumenten worden opgemerkt. Plaatsing van waarschuwingsetiketten deed de totale verkoop van alcohol in de proefregio met 6,9% dalen. Ook verdriedubbelde de bekendheid met de nationale drinkrichtlijnen en verbeterde de kennis over alcoholgerelateerde gezondheidsrisico’s, zoals kanker. Vóór de introductie van de opvallende etiketten wist slechts ongeveer 25% van de deelnemers dat alcoholgebruik kanker kan veroorzaken. Na de etikettering steeg het bewustzijn tot 42%.

Het kankeretikettengedeelte van het onderzoek werd echter afgebroken omdat de alcoholindustrie protesteerde tegen het plakken van etiketten op hun producten. De industrie klaagde dat de regering van Yukon, die de studie heeft gecoördineerd en verantwoordelijk is voor de distributie en verkoop van alcohol op hun grondgebied, niet de wettelijke bevoegdheid had om dergelijke etiketten te plaatsen, dat de etiketten de vrijheid van meningsuiting van de industrie schonden en dat de regering de alcoholfabrikanten belasterde.

Onder druk zette de regering van Yukon het onderzoek, de studie naar het kankeretiket stop.

Etiketten op flessen drank vergroten het bewustzijn

De macht van de alcohollobby

Alcohollobby / De poster die Nederland niet mocht zien

De alcoholindustrie frustreert pogingen om jongeren van de drank af te houden, klagen alcoholbestrijders. Vorig jaar werd een postercampagne gestopt, onder juridische druk van Bacardi.

De posters op deze en de volgende pagina zijn nooit openbaar gemaakt.(posters niet zichtbaar op straffe van boete) Ze zijn tegengehouden door Bacardi, producent van het zoete mixdrankje Breezer. De Stichting Alcoholpreventie, die de posters maakte voor een campagne tegen drinken door jonge tieners, moest ze vorig jaar op last van de alcoholindustrie vernietigen.

Wim van Dalen van de Stichting Alcoholpreventie (STAP) in Utrecht: „We zagen al in 2002 dat kinderen steeds jonger gingen drinken. Uit onderzoek bleek dat ongeveer de helft van de 10- tot 15-jarigen wel eens alcohol had gedronken, vaak met instemming van hun ouders. Het kwam deels door de zoete mixdrankjes. Het was het breezer-effect, vooral meisjes dronken dat. Jongens gingen steeds jonger aan het bier. We wilden dat probleem in beeld brengen. We hebben een website gemaakt en die posters in een oplage van 2000 stuks gedrukt en het land in gestuurd.”

Maar STAP maakte een cruciale fout, bleek spoedig. Het 12-, 13-jarige meisje nam een slok uit een flesje dat moeiteloos was te herkennen als een Bacardi Breezer. En het jochie (foto hieronder) dronk onmiskenbaar Heineken, de merknaam was zichtbaar. ’Inbreuk op het merk- en auteursrecht’, vond Bacardi. De fabrikant eiste onder dreiging van een forse schadeclaim onmiddellijke vernietiging van de posters.

Van Dalen: „We hebben op ons kantoor zitten vergaderen, met het bestuur van STAP en één van onze subsidiegevers. Ze vonden dat we moesten toegeven aan de eis, omdat wij een eventuele schadevergoeding van 50.000 euro nooit zouden kunnen betalen.” De posters werden teruggehaald en ingeleverd bij de advocaat van Bacardi. Heineken hoefde niet eens in actie te komen, ook die poster werd teruggetrokken.

De STAP-directeur kan nog kwaad worden over de actie die de alcoholbranche, verenigd in de Stichting Verantwoord Alcoholgebruik (Stiva), bijna gelijktijdig ondernam. Stiva diende een klacht in tegen STAP bij de Reclame Code Commissie: de posters zouden kinderen juist aanzetten tot alcoholgebruik.

Stiva had een communicatiebureau laten uitzoeken hoe de posters zouden worden opgevat. Dat concludeerde: „Voor de kinderen die het zien, zal de poster een averechts effect sorteren: zij worden juist aangemoedigd in hun verlangen te willen drinken. De posters heeft een wervend effect ten aanzien van het drinken van alcohol.”

De klacht werd door de commissie van tafel geveegd. „Daar ben ik het nog steeds niet mee eens”, zegt directeur Ingrid van Engelshoven van Stiva. „Op die poster stond ’Hoezo te jong?’ Je loopt het risico dat een kind van 12, 13 denkt: ’zie je wel: drinken op mijn leeftijd is heel normaal, het staat zelf op die posters’.”

De zaak is afgedaan. Maar voor Wim van Dalen is de affaire een tekenend voorbeeld van de kracht van de alcohollobby in Nederland. „ Je ziet op die posters wat de werkelijkheid is. Het is toch te gek voor woorden dat je de werkelijkheid niet mag tonen? Kijk, in 2003 en 2004 had iedereen het over Breezers. Er zijn intussen heel wat nieuwe mixdrankjes bij gekomen. Maar Bacardi is marktleider tot en met. Nog steeds spreekt iedereen van Bacardi Breezers, niemand heeft het over Edah Breezers. Met Heineken is dat net zo. Wij wilden met die campagne de meest bekende voorkeursdrankjes van kinderen in beeld brengen.”

„Vroeger waren we altijd heel terughoudend met merklogo’s, want we wilden beslist geen reclame maken voor alcoholproducten. Maar dat vonden we in dit geval niet zo erg. Het ging om de herkenbaarheid. Ik heb de alcoholbranche onderschat. Ik heb die folders destijds ook gewoon naar Stiva gestuurd, want ze gingen naar ál onze relaties. Al vrij snel kreeg ik een advocaat van Bacardi aan de lijn. Van Heineken heb ik niets gehoord, dat heeft zich gedurende het hele proces stilgehouden.”

Bacardi spande direct een kort geding aan bij de rechtbank in Den Haag. Van Dalen besloot met zijn bestuur te gaan praten. „Die zeiden: maak er geen prestigestrijd van. We hebben Bacardi een compromis aangeboden. Ik vond het in mijn hart laf om posters terug te trekken. Maar ook mijn subsidiegevers drongen er op aan om te stoppen.”

Van Dalen moest door het stof voor de producent van de Breezers. In een overeenkomst tussen Bacardi en STAP, opgesteld door advocaten, werd bepaald dat Van Dalen zijn relaties een brief moest sturen waarin stond dat hij zonder toestemming promotiemateriaal van Bacardi in omloop had gebracht. Ook moest Van Dalen aan Bacardi precies opgeven aan welke instanties en personen de posters waren verstuurd. „Wij hadden dit promotiemateriaal niet aan u mogen toezenden”, aldus de door Bacardi gedicteerde brief. „Het promotiemateriaal kan het onjuiste vermoeden oproepen dat Bacardi alcoholconsumptie voor kinderen onder de 16 jaar zou aanmoedigen. Dit is beslist niet het geval. STAP betreurt het dat zij het promotiemateriaal naar buiten heeft gebracht.”

Aan de posters was, vond ook de Reclame Code Commissie, duidelijk te zien dat ze bedoeld waren als waarschuwing. De bier-poster wees op de grotere kans op verslaving bij kinderen die jong beginnen met drinken. De breezer-poster wees op de grotere gevoeligheid van jonge kinderen voor alcohol: het kan hun leerprestaties en geheugen aantasten. Twee bijwerkingen die ook in 2004 wetenschappelijk gezien onomstreden waren.

Column • Komt het einde van de war on drugs in zicht?

D. BERGMAN (VOC) 13 juli 2021

‘The war on drugs is ending’, schrijft de Amerikaanse auteur Michael Pollan in een geweldig essay in de New York Times van 10 juli, ‘Now we have to figure out what the peace looks like.’ Ook in ons land lijkt een voorzichtige kentering te zijn begonnen, in de nasleep van de afschuwelijke aanslag op Peter R. de Vries.

Na halve eeuw oorlog nu tijd voor vrede

Michael Pollan is een van mijn favoriete schrijvers, eerder verantwoordelijk voor ‘The Botany of Desire’ en het indrukwekkende ‘How to change your mind’. Hij schrijft over de relaties tussen voedsel, planten, drugs en menselijke cultuur.

Deze week verscheen zijn nieuwste boek, ‘This is your mind on plants: opium, caffeine, mescaline’. In zijn essay in de New York Times, ‘How Should We Do Drugs Now?’ constateert Pollan dat de Amerikaanse bevolking na een halve eeuw drugsoorlog klaar is om de vrede te tekenen.

Auteur Michael Pollan weet dat de tijd van de war on drugs de verleden tijd moet zijn…

Alle drugs decriminaliseren

Dat heeft natuurlijk te maken met de legalisering van cannabis in een groot aantal Amerikaanse staten, maar dat is zeker niet het enige. In Oregon is gebruik en bezit van gebruikshoeveelheden van álle drugs, dus ook coke en heroïne, gedecriminaliseerd.

Bovendien is therapeutisch gebruik van psilocybine, paddo’s, expliciet legaal in Oregon. In Californië wordt, gebruik, bezit van gebruikshoeveelheden en ‘social sharing’ van LSD en MDMA gedecriminaliseerd, een nieuwe mijlpaal op weg naar het einde van de drugsoorlog.

Hóe gaan we al die legale drugs legaliseren?

Meesterlijk schetst Michael Pollan de opgave waar we voor staan als we afscheid nemen van de in alle opzichten mislukte drugsoorlog: bepalen hóe we de verschillende drugs gaan reguleren. Hij herinnert de lezer er aan twee van de meest destructieve drugs die er bestaan helemaal legaal zijn: tabak en alcohol. Met tabak is het in de VS gelukt om zonder een verbod het gebruik flink naar beneden te krijgen.

Over alcohol schrijft Pollan: ‘De ongemakkelijke vrede die onze cultuur met alcohol heeft gesloten, kan de weg wijzen naar een manier waarop drugs als heroïne en cocaïne ooit, in het post-drugsoorlog tijdperk, gebruikt zouden kunnen worden. Als samenleving accepteren we dat sommige mensen in een ongezonde relatie met alcohol belanden en dat er elk jaar tienduizenden mensen sterven door misbruik van alcohol. Maar nog veel meer mensen gebruiken deze drug met plezier en zonder schade, zowel voor zichzelf als voor de samenleving. Ook hier spelen de rituelen die we rond drinken hebben ontwikkeld een beschermende rol en vormen ze een model, hoe onvolmaakt ook.’

Aanslag op Peter R. leidt  tot discussie over legalisering drugs

Wijze woorden, zoals je die in ons land maar zelden leest of hoort. Al lijkt de vreselijke aanslag op Peter R. de Vries wel te leiden tot een fundamenteler publiek debat over drugs en drugsbeleid. Jan Struijs, voorzitter van de Nederlandse Politiebond, zei de ochtend na de aanslag op radiozender BNR: ‘Aan de voorkant moet je veel meer aan preventie en gezondheidszorg doen en je eens een keer de vraag stellen, als je dat nou doet, kunnen we niet een gedeelte van de verdovende middelen vrijgeven?’

Verschillende collega’s van De Vries, onder wie misdaadverslaggevers Jan Meeus (NRC) en Marian Husken (Vrij Nederland) pleitten ook voor legalisering. Husken onder de glasheldere kop ‘Drugscriminelen bestrijd je door drugs te legaliseren’.

Peter R. de Vries: ‘Gezien hoe de war on drugs verloren is gegaan’

Dat laatste vindt Peter R. de Vries ook. Kort na de moord op advocaat Derk Wiersum, sprak hij er op NPO Radio 1 duidelijke taal over. De Vries vindt het laf dat Rutte de verantwoordelijkheid van drugscriminaliteit bij de consument van drugs legt; de politiek houdt het probleem in stand.

De Vries: ‘Mij valt op dat we bij incidenten steeds dezelfde reflex zien: er moet een narcoticabrigade komen, de straffen moeten omhoog en er wordt een appèl gedaan op de individuele gebruiker. Ik ben nu veertig jaar misdaadverslaggever, ik heb gezien hoe de war on drugs verloren is gegaan. En ik erger me aan die stereotiepe reflex iedere keer, waarbij men eigenlijk de kop in het zand steekt en weigert te kijken hoe we deze problematiek anders zouden kunnen aanvliegen. Want alle inspanningen hebben er niet toe geleid dat er ook maar één gram drugs minder hier op de hoek van de straat te krijgen is. En de misdaad is enorm toegenomen.’

Laat iedereen, maar vooral de politici in Den Haag, zich deze woorden ter harte nemen. De drugsoorlog moet stoppen.