Een gedeelte uit de Oratie Prof.dr. J.C. Jansen

( Rede uitgesproken door Prof.dr. J.C. Jansen op 18 oktober 2019 bij de aanvaarding van het ambt van hoogleraar met als leeropdracht Keel, Neus- en Oorheelkunde)

Preventie. Voorkomen is beter dan genezen

Toen ik nog niet precies wist wat ik wilde worden ging ik naar een voorlichtingsavond van Artsen zonder Grenzen. Daar ontdekte ik dat verbeteringen in de wereld niet komen door artsen die kapot geschoten mensen oplappen, maar door logistiek managers die vaccinatieprogramma’s uitvoeren of voor schoon drinkwater en elektriciteit zorgen. Ook bij Artsen zonder Grenzen is dat het allerbelangrijkste. Er zijn eigenlijk helemaal niet zoveel artsen nodig.

Daarna heb ik mij, nu bijna 30 jaar, gestort op de curatieve geneeskunde en heb ik weinig aan  preventieve geneeskunde gedaan. Maar nu ik uiteindelijk toch een beetje een soort logistiek manager geworden ben is het tijd om daar aandacht aan te besteden.

Toen ik de mogelijkheid kreeg om plannen te ontvouwen nam ik daar meteen in op dat wij als hoofd-halsoncologen, maar ook wij als LUMC, hoognodig een preventie- en behandelprogramma voor rokers moesten starten.  Terwijl ik dat idee verdedigde waren de cardioloog Douwe Atsma en de kinderlongarts Noor Rikkers al tot actie overgegaan en heeft het LUMC nu een actief programma tegen roken voor werknemers en patiënten. Nog nooit heb ik een doel zo snel en zonder inspanning bereikt.

Het betekent wel dat ik aandacht kan vragen voor ‘het nieuwe roken’. Welke slechte gewoonte zou daar het beste voor classificeren? Zitten wordt vaak genoemd, vaak in een adem met obesitas en ook met wat ik kort geleden las: een beroerde werkplek. Ook alles wat met CO2 uitstoot te maken heeft komt in aanmerking; van reizen tot vleeseten. Stikstof is daar de laatste maanden nog bij gekomen. Mijn stem gaat echter naar een vrij te verkrijgen harddrug.  Na mijn benoeming tot hoogleraar kreeg ik van de Raad van Bestuur van het LUMC, dit geestverruimend, maar verslavend middel opgestuurd in een mooi houten kistje.

Ik wil u graag de slechte eigenschappen van alcohol opnoemen maar waarschijnlijk bent u allemaal wel op de hoogte. Mijn dochter Pien, nu net 6 jaar,  wist mij onlangs in de supermarkt te vertellen dat alcohol slecht voor je is omdat je raar gaat doen en dan in het water kunt vallen en dat je dan naar de bodem zakt. En dat is nog maar het topje van de ijsberg. Voor mijn vakgebied is het natuurlijk belangrijk dat je er kanker van kunt krijgen maar het sociale probleem is denk ik toch nog wel het grootst. Het RIVM heeft becijferd dat de netto kosten van alcoholgebruik (dus na aftrek van accijnsinkomsten en besparing op pensioenen door vroegtijdige sterfte) circa 4 miljard euro per jaar bedragen. En hoewel het alcoholgebruik van jongeren in de laatste 10 jaar sterk gedaald is, wordt nog steeds door de helft van de 16 jarigen gedronken. Het is zorgbarend dat, misschien juist als gevolg van repressie, het meesmokkelen van alcohol, en dan vanwege het gunstige volume, liefst sterke drank, een soort sport onder jongeren is geworden. Ook werd ik erg verrast door een dit jaar in het Leidsch Dagblad gepubliceerd verslag van de El Cid week (de introductieweek voor eerstejaars studenten in Leiden) waarbij een deelnemer van dag tot dag verslag gaf van de locaties waar hij aan gratis bier kon komen, zonder ook maar iets van inhoudelijke informatie over de universiteit te geven. Waar alcohol een middel kan zijn om wat soepeler in de omgang te worden, lijkt het drinken nu meer een doel op zich te zijn. Dat dit onder studenten opgang vindt past dan wel weer bij het gegeven dat van de hoogopgeleide Nederlanders 70% meer drinkt dan het advies van de Gezondheidsraad aanbeveelt, terwijl nog niet de helft van de laagopgeleide Nederlanders hier aan voldoet. Daarom is het bijzonder dat in het eind vorig jaar gesloten Nationaal Preventieakkoord, ondanks het alcoholgebruik van Tweede Kamerleden, toch veel aandacht is voor het terugdringen van alcoholmisbruik.

Sommige Tweede Kamerleden zijn het helemaal met mij eens. In een persbericht na sluiten van het Preventieakkoord schreef de PVV: “ Nooit meer een kratje bier voor de halve prijs, nooit meer Wilde Wijn Dagen, geen biertje meer in de sportkantine als de jeugd speelt? Het slaat compleet door. Het is precies wat we al vreesden: alcohol wordt het nieuwe roken“.

In het Preventieakkoord, dat mede door onze universiteit is ondertekend, zijn geen afspraken gemaakt over het gebruik van alcohol in onderwijsgebouwen of in gezondheidszorginstellingen. De Universiteit van Utrecht heeft sinds 1 september de regel ingevoerd dat voor 17:00 ‘s middags geen alcohol geschonken wordt. Misschien niet bijzonder tactisch, omdat meteen de vraag rijst of er dan voor 17:00 veel gedronken werd, maar daar gaat het niet om. Het is tenminste een begin. Bij onze universiteit is de regel dat er voor 2 uur ‘s middags geen alcohol geschonken wordt. Tenminste niet als er studenten bij zijn!

Er was een tijd dat als een patiënt aan mij vroeg: “Hoe kan ik u bedanken?”, ik antwoordde met: “Ik drink geen bloemen.” Ik denk dat het goed denkbaar is dat wij over 10 jaar zeggen: “Weet je nog dat wij met de Kerstborrel, in het ziekenhuis gewoon alcohol dronken terwijl iedereen dat kon zien!” Het is aan ons, Ziekenhuis en Universiteit om het goede voorbeeld te geven. Dat dit niet gaat meevallen wil ik u vandaag nog laten merken. De borrel, die nu toch echt bijna begint, zal alleen uit alcoholvrije versnaperingen bestaan en ik durf te wedden dat dit voor velen van u een teleurstelling is. Sterker nog er zal een aantal mensen zijn dat met plezier een heupflacon sterke drank in zijn toga had mee gesmokkeld als hij of zij dit van tevoren had geweten! Dat is niet het gevolg van fysieke of geestelijke verslaving, maar het is een cultuurverschijnsel en om dat te veranderen is tijd en inzet nodig.

Bron:

Logo LUMC